Regelmatig publiceert NEN artikelen met uitleg over toepassing van de normen met handige informatie, ontwikkelingen en praktische toelichtingen. Deze artikelen zijn hier ook (gratis) in te zien.
Gepubliceerd in Mag 1010 / 02-2020
Auteur: dr. Gerrit Tenkink
Eind november kwamen de leden van de normcommissie NEC 20A bij elkaar en is besloten om norm IEC 62125 als Nederlandse norm NEN-IEC 62125 ‘Milieuoverwegingen specifiek voor geïsoleerde elektriciteits- en controlekabels’ te aanvaarden. De Europese aanvaarding door CENELEC laat nog even op zich wachten, maar de nationale NEC 20A -vergadering wil daar niet op wachten.
Middels deze nieuwe norm wordt ook het milieuaspect een belangrijke component voor iedereen die betrokken is bij het specificeren, ontwerpen, maken, aanschaffen, aanleggen en gebruiken van draad en kabel. Drie betrokkenen geven hun visie op de nieuwe norm.
Edwin Pultrum is voorzitter van normcommissie NEC 20A (Energiekabels) en was intensief betrokken bij de aanvaarding van de norm. “De norm omvat een uniforme rekenwijze om een optimale geleidersdoorsnede te bepalen, die rekening houdt met de verliezen in die kabel gedurende de levensduur, waarbij ook de bijbehorende impact op CO2-emissie wordt meegenomen in de berekening. Verder reikt de norm met betrekking tot de levenscyclusanalyse (Life Cycle Analysis) diverse overwegingen aan zoals het minimaliseren van benodigde grondstoffen en het gebruiken van recyclebare dan wel gerecyclede grondstoffen. Je kunt de norm zien als handvat voor de discussie tussen de gebruiker en de leverancier of fabrikant van de kabel. Met de aanvaarding van NEN-IEC 62125 kan de fabrikant op eenduidiger manier zijn kabels duurzamer maken. Voor de kopende partijen is nu beter inzichtelijk gemaakt waaraan een kabel moet voldoen vanuit milieuoogpunt.”
Goed voor gebruiker
IEC 62125 werd uitgebracht in september 2019. Deze norm (International Standard) vervangt z’n voorganger, een Technical Report dat gepubliceerd werd in augustus 2007. Deze TR 62125 werd in april 2008 door CENELEC overgenomen als CLC/TR 62125. Vooralsnog heeft CENELEC deze TR 62125 aangehouden en de nieuwe International Standard 62125 nog niet aanvaard. De verwachting is echter wel dat binnen korte tijd bij CENELEC de discussie zal starten of zij deze nieuwe versie ook moeten overnemen. Volgens Pultrum gaat een vergelijking tussen de nieuwe norm en de oude IEC/TR 62125 mank. “De nieuwe norm is compleet anders van opzet dan de oude TR. De oude TR was geschreven voor opstellers van kabelnormen, niet voor gebruikers van kabels. Ik denk dat deze NEN-IEC 62125 goed leesbaar is voor een gebruiker met enige affiniteit voor het onderwerp, want het doel is juist om de gebruiker handvatten te geven bij de implementatie van milieugerichte aspecten voor kabels.”
Eén van de gebruikers van laagspanningskabels is Enexis. Piet Soepboer is Senior Beleidsexpert Assets (Kabels en Garnituren). Ook bij hem was behoefte aan een goed leesbaar document. “Fabrikanten wijzen ons er terecht op dat een groot deel van de CO2-emissie ontstaat gedurende de gebruiksduur van de kabel. Enige jaren geleden hebben wij daarom met behulp van het technisch rapport al een optimaliseringsberekening gemaakt van de door ons gebruikte middenspanningskabels. Daarbij is geanalyseerd welke kabel voor welke toepassing de beste keuze is, rekening houdend met aanschaf, aanleg, montage en netverliezen, inclusief het betrekken van de CO2-emissies. Momenteel wordt binnen Enexis de laatste hand gelegd aan een doorrekening van de door ons gebruikte laagspanningskabels middels deze methode. Doordat deze methodiek van IEC 62125 is ontwikkeld door fabrikanten en gebruikers, en doordat deze nu inzichtelijk en eenduidig bruikbaar is voor iedereen, hoeven we niet meer met elkaar de discussie aan te gaan over het wel of niet kloppen van de gebruikte rekenmethode.”
Interpretatie
Frank Middel, werkzaam bij kabelproducent Prysmian Group, was samen met collega Marc Kobilsek betrokken bij het tot stand komen van de norm. “Voor ons is het belangrijk dat de impact van het maken van kabels, de aanleg en het gebruik van kabels op ons milieu nu meetbaar zijn, zodat gefundeerde besluiten genomen kunnen worden bij het ontwerpen van netwerken voor de elektriciteitsvoorziening.” Als voorbeeld noemt Middel de gestandaardiseerde Life Cycle Analysis (LCA) methode, waarin de invloed van alle milieu-gerelateerde onderdelen gewogen worden ten opzichte van elkaar. “De methode is dus weliswaar kwalitatief en gestandaardiseerd, maar mag mijns inziens niet gebruikt worden voor een vergelijking tussen verschillende aanbieders op basis van absolute uitkomsten. Daarvoor hangt de uitkomst toch nog af van interpretatie (educated guess), de keuze van systeemgrenzen en zijn veel basisgegevens onderhavig aan voortschrijdende inzichten. De methode is wel geschikt om zicht te krijgen op de aspecten die de meeste impact hebben, en zou door de partijen gebruikt kunnen worden om een ambitie te definiëren om de gerealiseerde verbetering te beoordelen.”
Volgens Pultrum ligt er nu een goed document waar alle partijen goed mee uit de voeten kunnen en waar naar alle waarschijnlijk binnenkort ook Europees fiat op wordt gegeven.
Nadere informatie: