Zoeken in
Zoeken in normen
9494 resultaten
543.4.1
Een PEN-, PEL- of PEM-leiding mag alleen worden toegepast in vaste elektrische
installaties en moet, om mechanische redenen, een kerndoorsnede hebben van ten minste
10 mm2 bij koper of 16 mm2 bij aluminium.OPMERKING 1Vanwege EMC zou een PEN-leiding niet aan de afgaande zijde van de bron van de installatie
moeten worden geïnstalleerd (zie 444.4.3.2).OPMERKING 2Volgens NEN-EN-IEC 60079-14 is het gebruik
543.5 Gecombineerde beschermende en functionele aardleidingen
Wanneer aardingsvoorzieningen voor beschermingsdoeleinden en functionele aarding zijn
gecombineerd, moet zijn voldaan aan de bepalingen voor een beschermingsleiding. Bovendien
moet zijn voldaan aan de desbetreffende voorwaarden voor functionele aarding (zie rubriek 444).Een DC-PEL- of DC-PEM-retourleiding van een voeding voor informatietechnologie mag ook
dienstdoen als gecombineerde functionele
543.8 Aanleg van beschermingsleidingen
Waar beveiligingstoestellen tegen overstroom worden gebruikt ter bescherming tegen
elektrische schok, moet de beschermingsleiding in hetzelfde leidingsysteem als de actieve
geleiders zijn opgenomen of in de onmiddellijke nabijheid daarvan zijn geplaatst.
544 Beschermende vereffeningsleidingen
544.1 Beschermende vereffeningsleidingen die zijn verbonden met de hoofdaardrail of
-klemBeschermende vereffeningsleidingen die zijn verbonden met de hoofdaardrail of -klem moeten
een kerndoorsnede hebben die niet kleiner is dan de helft van de kerndoorsnede van de
grootste beschermingsleiding in de installatie en die niet kleiner is dan:— 6 mm2 bij koper,— 16 mm2 bij aluminium of— 50 mm2
544.2.3
De minimale kerndoorsnede van vereffeningsleidingen voor aanvullende
potentiaalvereffening, en van vereffeningsleidingen tussen twee metalen gestellen moet in
overeenstemming zijn met 543.1.3.
55 Overig elektrisch materieel
550 Inleiding550.1 Onderwerp en toepassingsgebiedDit hoofdstuk behandelt de eisen voor de keuze en installatie van
laagspanningsopwekeenheden en voor de keuze en installatie van verlichtingsarmaturen en
verlichtingsinstallaties die deel uitmaken van de vast aangelegde installatie.550.2 Normatieve verwijzingenZie deel 0.550.3 Termen en definitiesDe specifieke termen en definities van rubriek
550 Inleiding
550.1 Onderwerp en toepassingsgebiedDit hoofdstuk behandelt de eisen voor de keuze en installatie van
laagspanningsopwekeenheden en voor de keuze en installatie van verlichtingsarmaturen en
verlichtingsinstallaties die deel uitmaken van de vast aangelegde installatie.550.2 Normatieve verwijzingenZie deel 0.550.3 Termen en definitiesDe specifieke termen en definities van rubriek 550 zijn opgenomen
550.2 Normatieve verwijzingen
Zie deel 0.
551.1.3
Deze rubriek heeft betrekking op het gebruik van opwekeenheden voor de volgende
doeleinden:— de voeding van vaste installaties;— de voeding van tijdelijke installaties;— de voeding van verplaatsbaar materieel dat niet op een vaste installatie is
aangesloten;— de voeding van mobiele eenheden (zie ook hoofdstuk 717).
551.4.3.1 Algemeen
Wanneer de maatregel bescherming door automatische uitschakeling van de voeding wordt
gebruikt voor bescherming tegen elektrische schok zijn de eisen van rubriek 411 van toepassing, met uitzondering van het bepaalde in
551.4.3.2 of 551.4.3.3.
Zoeken in de website
135 resultaten
Moet ik mijn opdrachtgevers vertellen dat ik met NEN 4010 werk?
In uw offerte en uw bestek kunt u aangeven dat de elektrische installatie volgens NEN 4010 is ontworpen.
Voldoe ik aan de eisen van het Bouwbesluit als ik NEN 4010 toepas?
Ja, NEN 4010 is gebaseerd op NEN 1010:2015 en NEN 1010:2015/C2:2016.
Kan ik ook een andere versie gebruiken dan die aangewezen is in het Bouwbesluit?
De 2020-versie van de norm beschrijft de inzichten met betrekking tot veilige elektrische installaties. Het bevoegd gezag (gemeenten) zal vaak gelijkwaardigheid van deze nieuwe versie (in plaats van de 2015-versie) accepteren. Opdrachtgevers kunnen daarom nu al vragen naar een installatie conform NEN 1010:2020. Ook kunnen verzekeraars, gemeenten en andere partijen eisen en voorwaarden stellen gebaseerd
Waar gaat deel 8 over?
Deel 8 is wel een onderdeel van NEN 1010, maar wordt als losse uitgave uitgebracht. De reden hiervoor is dat dit deel 8 vaker geüpdatet zal worden dan NEN 1010.
Titel van de reeks: NEN 1010-8: Energieaspecten
Subnummers:
NEN 1010-8-1: Energieaspecten – Deel 1: Energie-efficiency
NEN 1010-8-2: Energieaspecten – Deel 2: Prosumer-installaties
NEN 1010-8-3: Energieaspecten
Nut en noodzaak van normalisatie van gelijkspanning, deel 1: de zon.
Auteur: Henry Lootens
Datum: januari 2020
Onze wereld op het gebied van energie zoals we hem kennen is drastisch aan het veranderen. Fossiele energiecentrales van nu wekken redelijk continue hun energie op; ze leveren dit vrij constant, dus met een redelijk gelijk vermogen, aan het net. In de nabije toekomst, met heel veel duurzame bronnen als Wind en Zon (zon-PV), zal dat anders zijn. De verschillen
‘Er is te weinig kennis’
Nieuwe praktijkgids ‘Veiligheidsinspectie woninginstallaties - Werken met NEN 8025’
NEN 8025:2018, ‘Periodieke beoordeling van de veiligheid van technische installaties en technische voorzieningen in woningen’, is een norm die zich richt op de veiligheid van installaties en gebouwvoorzieningen in woningen. Onlangs verscheen een nieuwe praktijkgids over de norm: ‘Veiligheidsinspectie woninginstallaties